| -Spring naar:De volgende onderwerpen worden in dit hoofdstuk behandeld: - Zuurtegraad- Sterke zuren - Sterke basen - Zwakke zuren - Zwakke basen - pH-indicator - Neutralisatie - Titratie - Buffers |
Extra info
Transcriptie van de slides
Zuur-base evenwicht - Chemie - Theorie - Toelatingsexamen arts en tandarts
Ionenproduct van water
Voor water geldt dat toch een klein gedeelte in ionen gesplitst is:[H+][OH-] = K.[H2O] = 1,8.10-16 mol/l . 1000 g/l
= 1,8.10-16 mol/l . 1000/18 mol/l
= 10-14.mol2/l2 = Kw
Kw noemen we het ionenproduct van water.
Opmerking: dit alles geldt bij 25°C.
Voor zuiver water geldt: [H+] (of [H3O+]) = [OH-] = 10-7 mol/l.
[H3O+] > 10-7: zuur
[H3O+] = 10-7: neutraal
[H3O+] < 10-7: basisch
Zuurtegraad
Zuurtegraad:pH = -log [H3O+]
pH < 7: zuur
pH = 7: neutraal
pH > 7: basisch
De zuurtegraad of pH van een oplossing gaat van 0 (zuur) tot 14 (basisch).
Zuiver water is neutraal met pH = 7.
Soms schrijft men ook pH = -log [H+], maar alle [H+] zal als [H3O+] voorkomen
pOH = -log [OH-]
pH + pOH = 14
Zuren en basen
Volgens de zuur-base theorie van Brönsted-Lowry is een zuur een proton(H+)donor en een base een protonacceptor.Een zuur dat een proton afstaat, wordt omgezet in zijn geconjugeerde base.
Bvb. HCl heeft als geconjugeerde base Cl-.
Een base die een proton opneemt, wordt omgezet in zijn geconjugeerd zuur.
Bvb. NH3 heeft als geconjugeerd zuur NH4+.
Toelatingsexamen arts en tandarts